Met de vaststelling van de begroting 2025 heeft de gemeente maatregelen genomen die nodig zijn om de financiële positie te verbeteren. Die maatregelen waren vooral nodig omdat het rijk gemeenten landelijk heeft gekort. Als gevolg van die kortingen ontstond het zogenaamde ravijnjaar 2026. Met de getroffen maatregelen is de begroting 2025 sluitend: de structurele uitgaven zijn lager dan de structurele baten.
Recent heeft het kabinet de zogenaamde voorjaarsnota 2025 gepresenteerd. Die nota bevat een belangrijke update van de rijksbegroting 2025 en daaropvolgende jaren. De nota bevat informatie die van belang is voor de gemeentebegrotingen.
Voorjaarsnota
Het kabinet maakt in de voorjaarsnota een bedrag beschikbaar om de terugval die het gemeentefonds maakt te dempen. Ook draagt het Rijk bij aan de tekorten voor de jeugdzorg en worden gemeenten pas met ingang van 2028 aangeslagen voor de maatregelen in het kader van de hervormingsagenda jeugd. Daar staat wel tegenover dat de taakstelling vanaf 2028 geen € 1 miljard landelijk bedraagt, zoals tot nu toe het geval was, maar € 1,5 miljard. Voor de jaren 2026 en 2027 betekent dit een behoorlijke compensatie van het rijk die vervolgens weer in het jaar 2028 en verder komt te vervallen. Daarmee is het ravijnjaar verschoven van het jaar 2026 naar het jaar 2028.
De effecten van de voorjaarsnota zijn geland in de zogenaamde meicirculaire van het gemeentefonds. Die circulaire is in de voorliggende kadernota verwerkt.
Val kabinet
Op 3 juni jl is het kabinet - Schoof gevallen. Als gevolg hiervan is het onzeker of de plannen die zijn opgenomen in de voorjaarsnota doorgang zullen vinden en landen in de rijksbegroting 2026 en verder. De toekomstige keuzes zullen ongetwijfeld gevolgen hebben voor de middelen die richting gemeenten gaan. Over de aard van die keuzes en de impact die dat heeft voor de gemeentebegroting is nu nog niets te zeggen.