3. Actualisatie begrotingsbeeld

Dit hoofdstuk is onderverdeeld in twee paragrafen. De  eerste paragraaf gaat nader in op de bijstelling van de lopende begroting. Gedacht kan hierbij worden aan de effecten van de mei- circulaire 2024 en aan de indexering van budgetten en lokale lasten. De tweede paragraaf beschrijft het nieuwe beleid dat in deze kadernota wordt gevraagd.

3.1 Bijstelling lopende begroting

Terug naar navigatie - 3.1 Bijstelling lopende begroting

Als startpunt voor het meerjarig perspectief van de kadernota 2025 geldt de eerste bestuursrapportage 2024. Die burap laat in het jaar 2025 een negatief saldo zien van afgerond € 1,2 miljoen. In deze kadernota wordt het jaar 2028 toegevoegd. Dat jaar laat, ten opzichte van 2027, een verbetering zien van afgerond € 87.000. 
Nu het startpunt helder is, wordt bekeken welke ontwikkelingen het begrotingsbeeld beïnvloeden. Die ontwikkelingen zijn in de onderstaande tabel samengevat. Na de tabel worden de ontwikkelingen nader toegelicht. 

Bijstelling lopende begroting (bedragen in duizenden euro') 2025 2026 2027 2028
Resultaat eerste bestuursrapportage 2024 -1.166,3 -3.349,4 -3.149,3 -3.062,3
Netto effect meicirculaire 2024 gemeentefonds -1.322,5 1.014,7 1.001,5 1.132,1
Bijstelling gemeenschappelijke regelingen -368,4 -326,8 -290,1 -241,1
Indexering leges en belastingen met inflatie 293,4 296,2 298,5 293,0
Resultaat kadernota na bijstelling van lopende begroting -2.563,8 -2.365,3 -2.139,4 -1.878,3

Netto effect meicirculaire 2024 gemeentefonds
Recent hebben de beheerders van het gemeentefonds de meicirculaire 2024 gepresenteerd. In die nota staan ontwikkelingen die relatief grote gevolgen hebben voor de gemeentefinanciën. 

  • Opschalingskorting (structureel voordelig)
    De belangrijkste positieve uitschieter betreft het vervallen van de zogenaamde opschalingskorting. Sinds 2015 worden gemeenten geconfronteerd met een korting op het gemeentefonds, die oploopt tot € 975 miljoen in 2026. Deze korting is opgelegd omdat gemeenten door gedwongen opschaling kosten zouden besparen. Sinds 2019 is een stand van de opschalingskorting bereikt van € 300 miljoen. In de meicirculaire 2024 is de oploop van de opschalingskorting vanaf 2026, een structurele uitname van € 675 miljoen, geschrapt. Voor de gemeente Beekdaelen betekent dat een voordelig effect van ruim 1 miljoen euro per jaar vanaf het jaar 2026.

  • Accres (2025 nadelig, structureel voordelig)
    In de meicirculaire 2024 is de nieuwe financieringssystematiek van het volume accres vervroegd van 2027 naar 2024. Dat betekent dat het volume accres vanaf 2024 wordt gebaseerd op een 8-jaars historisch gemiddelde (t-9 t/m t-2) van de ontwikkeling van het bruto binnenlands product (bbp). Door het toepassen van de ontwikkeling van het bbp vanaf 2024 zijn de tranches voor de jaren 2024 en 2025 lager dan in de Miljoenennota 2024. Gemeenten ontvangen voor de lagere uitkering in het jaar 2024 en 2025 een eenmalige compensatie. In het jaar 2024 is die compensatie 100% en in het jaar 2025 slechts 50%. 

In de tabel zijn de zogenaamde netto effecten opgenomen van de mei- circulaire 2024. Dat betekent dat de compensatie voor loon- en prijsstijgingen 2024 die de gemeente ontvangt is geneutraliseerd. Die compensatie in de algemene uitkering dient de gemeente immers eveneens op te nemen aan de uitgavenzijde.

De provincie staat toe dat gemeenten een stelpost opnemen voor toekomstige onderuitputtingen op het btw- compensatiefonds. De uitputting van het gemeentefonds is afhankelijk van de declaraties die gemeenten op macro niveau indienen bij het fonds. Hoe hoger de stelpost is die wordt opgenomen, hoe groter het risico dat de gemeente uiteindelijk tekort komt op de stelpost. De gemeente heeft ervoor gekozen nu een stelpost op te nemen van € 240.000 structureel. Er is ruimte om de stelpost nog verder te verhogen.

Bijstelling gemeenschappelijke regelingen
In de raadsvergadering van 11 juni jl. zijn diverse begrotingen en begrotingswijzigingen van verbonden partijen aan de gemeenteraad voorgelegd. Een groot deel van de stijging van de bijdragen kan de gemeente dekken door inzet van de stelpost die in de begroting is opgenomen voor loon- en prijsstijgingen. Voor zover de stijging daar niet door wordt veroorzaakt komen de hogere bijdragen ten laste van het begrotingsresultaat.

Indexering leges en belastingen met inflatie
De beheerders van het gemeentefonds rekenen met een prijsstijging van 2,8% voor het jaar 2025. Het is gebruikelijk dat de opbrengsten van de leges en van de lokale belastingen met hetzelfde percentage worden geïndexeerd. Dat leidt tot een stijging van de inkomsten met een bedrag van ruim 290 duizend euro.

3.2 Nieuw beleid kadernota 2025

Terug naar navigatie - 3.2 Nieuw beleid kadernota 2025

Ten behoeve van de kadernota is geïnventariseerd welk nieuw beleid de komende jaren op ons afkomt. De beleidsontwikkelingen zijn in aantal beperkt. in de onderstaande tabel zijn deze vermeld.

Een nadere toelichting op het nieuwe beleid is opgenomen in de paragrafen 7.2.2 en 7.3.2 van deze kadernota.

No Inventarisatie beleid (duizenden €) § Eenmalig 2025 2026 2027 2028
1 Gemeenschapsvoorziening Sweikhuizen 7.2.2 750,0 0,0 0,0 0,0 0,0
2 Vastleggen waardevolle bomen 7.3.2 20,0 0,0 0,0 0,0 0,0
3 Strategische grondaankopen 7.3.2 500,0 0,0 0,0 0,0 0,0
4 Ruimen graven 7.3.2 40,0 0,0 18,0 18,0 18,0
Rentekosten 0,0 44,5 44,5 44,5
Totalen 1.310,0 0,0 62,5 62,5 62,5

3.3 Resultaat kadernota als geen maatregelen worden doorgevoerd

Terug naar navigatie - 3.3 Resultaat kadernota als geen maatregelen worden doorgevoerd

De ontwikkelingen die zijn beschreven in de paragrafen 3.1 en 3.2 leiden tot het onderstaande geprognotiseerde begrotingsresultaat:

Resultaat kadernota als geen maatregelen worden doorgevoerd 2025 2026 2027 2028
Gepresenteerd resultaat volgens paragraaf 3.1 -2.563,8 -2.365,3 -2.139,4 -1.878,3
Nieuw beleid volgens paragraaf 3.2 0,0 -62,5 -62,5 -62,5
Resultaat kadernota als geen maatregelen worden doorgevoerd -2.563,8 -2.427,8 -2.201,8 -1.940,7

Het verwachte tekort in het jaar 2028 bedraagt ruim € 1,9 miljoen. Er zijn dus maatregelen nodig om dat begrotingstekort terug te dringen. Die maatregelen zijn beschreven in het volgende hoofdstuk.