Niet langer hangt de extra bezuiniging van ruim € 500 miljoen op de jeugdzorg als een donkere wolk boven de gemeenten. Het Rijk heeft bekend gemaakt het financieel risico over te nemen. In de opmaat naar de meerjarenbegroting 2023-2026 hoeven gemeenten dus niet op voorhand al rekening te houden met een budgetkorting. Het zet de deur open voor gemeenten om weer samen met het Rijk aan de Hervormingsagenda 2023-2028 te werken. De VNG heeft inmiddels opnieuw de bereidheid aangegeven om mee te werken aan de Hervormingsagenda 2023-2028. Gemeenten hadden deze samenwerking opgeschort toen bleek dat de extra besparing in het Jeugddomein (met een omvang van € 100 mln in 2024, oplopend naar € 500 miljoen in 2025 en 2026, en structureel € 511 miljoen vanaf 2027) was opgenomen in het landelijke Coalitieakkoord 2022. De VNG heeft de minister verzocht om in samenspraak met de fondsbeheerders en toezichthouders de gemeenten te informeren over hoe dit zonder risico voor gemeenten kan worden verwerkt in de gemeentelijke meerjarenbegroting.

De besparing op Jeugdhulp vanuit de Hervormingsagenda volgens het landelijke Coalitieakkoord 2022 bedraagt: € 179.000 (jaarschijf 2023), € 899.000 (jaarschijven 2024 en 2025) en € 919.000 (jaarschijf 2026). 
Deze besparing leidt tot minder inkomsten maar ook tot minder werkzaamheden en wordt derhalve aan zowel de batenkant als aan de lastenkant verwerkt en is daarmee budgettair neutraal opgenomen in de Begroting 2023 en de meerjarenraming 2024-2026. 

In regioverband zitten we middenin de aanbesteding van de verschillende segmenten van Jeugdzorg, als onderdeel van de transformatie Jeugdzorg 2023. Er worden nu basiscontracten gesloten per 1-1-2023 voor 1 jaar. Vanuit de basiscontracten worden er met een select aantal aanbieders langdurige ontwikkelcontracten afgesloten. Voor segment Wonen ligt een aanzienlijke opgave om te komen tot één integraal tarief bij perspectief ‘Terug naar huis’. Voor segment ambulant moet een keuze gemaakt worden welke bekostigingssystematiek het meest passend is (output- of taakgericht). 
Een stijging van de eenheidsprijzen lijkt onontkoombaar, maar de invloed die dat zal hebben op de budgetten is ook afhankelijk van de effectiviteit van het ingezette (preventie)beleid en de getroffen beheersmaatregelen. Beekdaelen lijkt daarin mee te gaan met de landelijke tendens; een (lichte) terugloop van de aantallen jeugdigen met ondersteuningsbehoefte, maar gemiddeld genomen met complexere hulpvragen.

De wijziging in de bekostigingssystematiek leidt tot een prijsstijging. Deze prijsstijging heeft een nadelige financiële impact op de budgetten, waarvan de exacte omvang momenteel nog niet is aan te geven.